Fotomodellen

Het klinkt als een succesvolle hedendaagse start-up: twee vriendinnen van 25 en 23 jaar richten samen een fotostudio op, geven die een hippe naam, ringl+pit, en winnen na veel experimenteren een prestigieuze prijs in de reclamefotografie.

Het is een verhaal uit 1929. Grete Stern en Ellen Auerbach noemden hun fotostudio naar hun beider koosnaampjes. De twee hadden elkaar eerder dat jaar ontmoet in de studio van een docent aan de beroemde Bauhaus Akademie in Dessau. Ze vonden elkaar in hun fascinatie voor de textuur en het materiaal van objecten. Dit is ook kenmerkend voor hun vroege samenwerkingen­, zoals de foto Fragment einer Braut, waarbij een stukje tule door de lucht lijkt te zweven.

Ringl+pit waren niet de enige vrouwen met succes in het fotovak in de Weimarrepubliek, de periode na de Eerste Wereldoorlog tot de komst van de nazi’s in Duitsland. De modefotografe Yva had ook haar eigen studio, reportagefotografe Lotte Errell reisde de hele wereld rond, en Lotte Jacobi legde de beroemdheden van haar tijd vast.

sluierringl+pit, Pit met sluier (1930)

Allen belichamen ze het idee dat eind 19de eeuw ontstond van de ‘New Woman’: een economisch onafhankelijke­ vrouw die een carrière nastreeft. In de vooruitstrevende Weimarrepubliek werd vrouwen de mogelijkheid geboden zo’n ‘nieuwe vrouw’ te worden. Vlak na de Eerste Wereldoorlog werd in Duitsland het vrouwenstemrecht ingevoerd. Vervolgens werd in 1919 de vrouw ook wettelijk gelijkgesteld aan de man. Vrouwen in Duitsland, ook getrouwde, konden daardoorvoor het eerst dezelfde openbare ambten vervullen als mannen. Ter vergelijking: in Nederland konden vrouwen tot 1956 niet werken zonder toestemming van hun echtgenoot.

Volgens historica Atina Grossmann werd in de Weimarrepubliek belang gehecht aan vrouwenarbeid om de maatschappij op een rationele manier economisch en sociaal te ordenen. Er werd van vrouwen echter wel verwacht dat ze hun carrière op een liefdevolle manier wisten te verbinden met het huishouden, het huwelijk en het moederschap. Dit maakte het vooral een uitgelezen kans voor vrouwen uit gegoede milieus om radicale keuzes te maken, omdat zij zich huishoudelijke hulp en kindermeisjes konden veroorloven.

Dat is ook de reden dat Stern en Auerbach de eerste paar jaar hun studio draaiende konden houden zonder opdrachten. Ze kwamen allebei uit een liberaal Joods middenklassegezin uit Berlijn, en Stern had bovendien een erfenis gekregen, waardoor ze de studio kon financieren. Er waren relatief veel Joodse fotografes te vinden in de Weimarrepubliek. Volgens de Amerikaanse hoogleraar moderne Joodse geschiedenis Marion A. Kaplan heeft dit waarschijnlijk te maken met de sociale mobiliteit en assimilatie die het beroep aan Joden bood.

Dat deze generatie vrouwen voor fotografie koos, is ook geen toeval. Tijdschriften waren booming in die tijd en schakelden juist over van illustraties op foto’s. Rond 1926 werd het mogelijk met fotografie je brood te verdienen. Bovendien konden vrouwen vanaf midden jaren twintig in diverse Duitse steden een fotografieopleiding volgen.

Doordat er zoveel fotografes actief waren, werden ze gedwongen zich te specialiseren. Ringl+pit besloot zich te richten op reclamefotografie. In 1933 wonnen de dames de eerste prijs bij de Deuxième Exposition Internationale­ de La Photogra­phie et du Cinéma in Brussel, met hun foto van het haarverfproduct Komol.

Het succes was van korte duur. Datzelfde jaar greep Hitler de macht, waardoor Stern en Auerbach­ in het late najaar besloten hun studio te sluiten. Stern emigreerde met haar man naar zijn vaderland Argentinië en Auerbach kwam met haar echtgenoot uiteindelijk in de Verenigde Staten terecht­. De twee vrouwen bleven hun hele leven vriendinnen en zetten beiden hun carrière als fotograaf voort. Maar nooit meer zouden ze zo nauw samenwerken als toen.

This article was published on 3 October 2015 in FD Persoonlijk, the magazine of Het Financieele Dagblad.